Dankzij deze innovaties is het risico op een ernstig auto-ongeluk sterk verminderd
Sinds de Patent-Motorwagen van Karl Benz heeft de auto-industrie een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. In een aantal delen zetten we de belangrijkste auto-innovaties op een rijtje. Om te beginnen met belangrijke veiligheidsvoorzieningen.
Veiligheid carrosserie
De zelfdragende carrosserie, waarbij het koetswerk tegelijkertijd de ruggengraat van de auto is, gaat terug naar de Lagonda 11.1 uit 1913 en de Lancia Lambda uit 1922. Ook de Citroën Traction Avant (1934) kreeg een zelfdragende carrosserie, maar pas met de komst van de Morris Minor (1948) en de Opel Olympia (1951) raakte de constructie in zwang bij kleine, goedkopere auto’s.
Het idee dat een extreem stabiele en stijve structuur het summum van veiligheid is, werd in 1952 weerlegd door Béla Barényi, een ingenieur van Oostenrijks-Hongaarse huize bij Daimler. Hij vroeg patent aan op de door hem bedachte kreukelzone, die in 1959 in serieproductie ging met de Mercedes W 111, ook wel bekend als Heckflosse. Hierbij zijn sommige carrosseriedelen juist zachter en flexibeler dan andere, om de botsenergie op te vangen. De veiligheidskooi waarbinnen de inzittenden zich beperken, is juist wel bijzonder stevig uitgevoerd.
Luchtbanden
De band is vaak een onderschat hoogtechnologisch product dat als afzonderlijk onderdeel het rijgedrag, het comfort en de veiligheid van een auto het meest beïnvloedt. Wist je dat het idee van de luchtband al uit 1845 stamt (William Thomson)? Toch reden auto's daarna nog jarenlang op keiharde massieve banden, zonder enig profiel. Decennia later zorgde John Dunlop met de luchtband voor de fiets dat fietsers veiliger en comfortabeler onderweg waren. Uiteindelijk was het Michelin dat in 1891 het idee van de luchtband naar de toen nog prille auto bracht. Als je bij vochtig weer weleens te hard een bocht bent ingedoken met gladde of oude banden (waarvan het rubber keihard geworden is), besef je als geen ander hoe belangrijk goede (lucht)banden zijn.
Ruitenwissers
Het allereerste patent voor een handmatige ruitenwisser werd al in 1903 toegekend aan Mary Anderson. De elektrische variant kwam in 1926, met dank aan het Duitse Bosch. Je moet er toch niet aan denken dat je met het vele extreme weer van tegenwoordig de ruitenwissers nog handmatig moet bedienen?
Gordels en airbags
Halverwege de jaren 50 boden Ford en Nash heupgordels als optie aan. De Saab 93 was in 1958 waarin veiligheidsgordels standaard waren - niet zo vreemd bij een merk dat van oorsprong vliegtuigen bouwde. De primeur van de driepuntsgordel was in 1958 voor de Volvo PV544. Ook waren er al hoofdsteunen leverbaar, die in het Zweeds de veel toepasselijker benaming nackskydd (nekbeschermers) dragen. Volgens internationale veiligheidsorganisaties heeft de veiligheidsgordel sinds 1975 al miljoenen levens gered.
Na diverse mislukte pogingen door Amerikaanse fabrikanten in de jaren 70, ging de pyrotechnisch geactiveerde bestuurdersairbag vanaf 1980 bij Mercedes in serieproductie. De Porsche 944 was in 1987 de eerste auto die zowel voor de bestuurder als de bijrijder standaard een airbag aan boord had. Zijairbags zijn weer een vinding van Volvo (1994) en werden voor het eerst gemonteerd in de Volvo 850. Airbags verzachten de klap die het hoofd en de romp van de inzittenden bij een ongeval oplopen aanzienlijk en verhogen de overlevingskans met tientallen procenten.
Remmen / ABS
De Amerikaanse Tucker Torpedo uit 1948 was allesbehalve een commercieel succes, maar had al wel schijfremmen. Vanaf 1955 was dit ook het geval bij de Citroën DS. De koolstofkeramische rem is het moderne summum van remveiligheid. Het elektronische Anti Blokkeer Systeem (van Bosch) werd vanaf 1978 toegepast in het topmodel van Mercedes.
Als het systeem registreert dat een wiel tijdens het remmen dreigt te blokkeren, vermindert ABS de remkracht een fractie van een seconde op dat wiel. Zodra het wiel weer grip heeft, wordt de remdruk opgevoerd. De auto gaat niet glijden en blijft ook tijdens maximaal afremmen gewoon bestuurbaar. De Ford Scorpio (1985) was de eerste auto die standaard ABS aan boord had en in 1992 was Saab het eerste merk dat ABS standaard op al zijn modellen monteerde.
Elektronisch Stabilisatie Programma ESP
Het Elektronisch Stabilisatie Programma werkt samen met de tractieregeling (ASR) en het ABS. Het ESP kan een auto middels remingrepen per afzonderlijk wiel in het spoor houden. Deze voorziening nam een grote vlucht nadat Mercedes het in 1998 standaard toepaste op de A-klasse. Aanleiding was het elandtest-fiasco waarmee de baby-Benz de wereldpers haalde.
Wanneer testredacteuren van het Zweedse autotijdschrift Teknikens Värld met 60 km/h net doen alsof ze een overstekende eland moeten ontwijken, kiept de A-klasse met vijf inzittenden om. Middels een terugroepactie worden alle A-klasses achteraf van ESP voorzien en sinds november 2011 is het systeem in de EU verplichte kost voor alle nieuwe auto's.
Verlichting: van kaarsen tot led
Met de allereerste kaars- en carbidlampen was het voor autobouwers aanvankelijk verre van eenvoudig om licht in de duisternis te brengen. Echte verbetering van het zicht voor de bestuurder kwam met elektrische lampen. De volgende belangrijke stap was het fellere H4-halogeenlicht met asymmetrische lichtverdeling (1971).
In de verlichtingshistorie van Opel laat de Omega zien dat het heldere xenonlicht een echte gamechanger was. De led-koplamp (primeur in de Lexus LS 600h, 2007) heeft eveneens een helder lichtbeeld en gebruikt minder energie. Bovendien kunnen led-lampen – door veel afzonderlijke leds apart aan te sturen – de weg adaptief, volledig en zonder verblinding van tegenliggers verlichten. Als je vlak na een nachtelijke rit in een moderne auto met led-technologie overstapt in een klassieker, zie je onmiddellijk welke enorme stappen de techniek heeft gezet.