Autoliefhebbers stuiteren enthousiast van deze 3 auto's uit de jaren 90
Grunge en gabber vochten in 1994 om de aandacht van jongeren. De ene groep luisterde naar Nirvana en Pearl Jam, de andere kocht alle Thunderdome-verzamel-cd's. Autoliefhebbers stuiterden enthousiast bij het zien van de Audi RS2 Avant, Jaguar XJ en Lancia Kappa.
1 - Audi RS2 Avant
Met de RS2 Avant zette Audi de standaard voor snelle stationwagons. Wat heet: de Audi RS2 Avant knalde vanuit stilstand in slechts 4,8 seconden naar 100 km/h en haalde een topsnelheid van 262 km/h. Dat was in die tijd ongekend voor een stationwagon, zeker als je bedenkt dat de RS2 meer dan 1600 kg woog.
Zelfs als je in een Porsche 911 reed, moest je oppassen dat je bij het verkeerslicht niet voor gek werd gezet. Het was bovendien Porsche dat de RS2 Avant mede mogelijk heeft gemaakt. De 2,2-liter vijfcilinder 20-klepper leverde een vermogen van 315 pk. Dat was toen ongekend voor een stationwagon.
De motor was van Audi zelf, maar werd door Porsche-ingenieurs verder verfijnd. De Audi RS2 Avant liep zelfs bij Porsche in Zuffenhausen van de band. Daar was ruimte ontstaan vanwege het vertrek van de Mercedes 500E, die ook door Porsche onder licentie gebouwd werd. De turbomotor was gekoppeld aan een handgeschakelde zesbak en uiteraard was de RS2 uitgerust met quattro-aandrijving.
De snelle station met sportstoelen van Recaro was het allereerste RS-model van Audi en wordt inmiddels als een legende beschouwd.
Ontdek onze krachtige, volledig elektrische SUV met een rijbereik tot 572* km.
En dat voor een vriendenprijs!
2 - Jaguar XJ
Jaguar-liefhebbers haalden opgelucht adem toen deze XJ verscheen. De vorm van de motorkap volgde weer de dubbele ronde koplampen, net als bij de eerste XJ die nog was ontwikkeld onder Jaguar-oprichter Sir William Lyons. Ford was in 1994 de baas bij Jaguar en zag erop toe dat de Britten deze keer wél oog hadden voor betrouwbaarheid en roestpreventie. De moderne lasrobots kwamen van Nissan, al schreeuwde de Jaguar-koper dit weetje waarschijnlijk niet van de daken als hij zijn pint kwam drinken in de dorpspub.
Onderhuids waren er nog veel gelijkenissen met zijn voorganger XJ40. De XJ was leverbaar met zescilinder lijnmotoren met een inhoud van 3,2 of 4,0 liter. Voor sportieve rijders had Jaguar de XJR in gedachten, waarbij de zescilinder door een compressor tot topprestaties werd verleid. Helemaal exotisch werd het met de zesliter V12, die gekoppeld was aan een automaat met vier versnellingen.
Voor de chique clientèle kwam traditiegetrouw ook een verlengde XJ op de markt, de Sovereign. Dankzij de bemoeienis van Ford en Nissan was deze Jaguar een minder goede vriend van de pechdiensten dan zijn voorgangers. Het werd een van de bestverkochte Jaguar-modellen.
3 - Lancia Kappa
De Lancia Kappa was de opvolger van de Thema. Hij deelde zijn platform met de Alfa 166 en was er in drie carrosserievarianten: sedan, stationwagon en coupé. Het ontwerp was van Lancia’s eigen designafdeling met de hulp van het Turijnse ontwerpbureau IDEA. Voor de stationwagon deed Lancia een beroep op Pininfarina, die de auto ook produceerde. Niet vaak overigens, met nog geen 10.000 exemplaren bleef de ruimste Kappa een zeldzaamheid.
Dat gold ook voor de Kappa coupé die slechts 3263 keer van de band liep. Door de kortere wielbasis zag de coupé er wat merkwaardig uit. Carrosseriebouwer Maggiore produceerde de 2-deurs Kappa deels met de hand, wat voor een deel de torenhoge prijs verklaarde. Om kosten te drukken, werden de achterlichten van de Lancia Delta gebruikt.
De roffelende 2,4-liter vijfcilinder benzinemotor met 20 kleppen was misschien wel de fijnste motor en bovendien betrouwbaar, maar genieten kon je ook met de befaamde Busso-zescilinder van Alfa Romeo. Als je nu voor relatief weinig geld een toekomstige klassieker zoekt, is de Kappa coupé het overwegen waard.
Bij Univé geniet je van een gunstige premie en uitstekende service bij ongeval of pech.