Tests

Chrysler Sebring Convertible

Ma. 10 mrt 2008

De Chrysler Sebring Convertible heeft nooit echt voet aan wal kunnen zetten in ons land. Maar de Amerikanen geven het niet snel op en komen met een nieuwe generatie van de cabriolet. En alsof dat nog niet genoeg is, kun je als koper kiezen tussen twee daksoorten, een softtop of een stalen klapdak. Wij kozen voor laatstgenoemde constructie. En dat hebben we geweten…

Het is opvallend dat Chrysler niet voor één constructie gekozen heeft. Alle andere cabriolets zijn leverbaar met of een stoffen kap of een stalen klapdak. In principe bedient Chrysler hiermee een breder publiek, maar of dat wel zo’n verstandige keus is geweest? Je kunt je als fabrikant zijnde hiermee immers niet volledig richten op één model. Want hoe je het ook wendt of keert, de verschillende dakconstructies vergen nogal een andere aanpak in het ontwikkelingstraject.

Overeenkomsten met de sedan
Maar laten we eerst de auto zelf eens bekijken. Uiteraard vertoont de cabrioletversie kenmerken van de dichte Sebring. Dat is logisch. Het gehele front en daarbij behorende reliëf in de motorkap bijvoorbeeld is een op een overgenomen. Vanaf de A-stijl is natuurlijk het een en ander gewijzigd. De portieren zijn vergroot om de instap naar achteren te vergemakkelijken. Inderdaad, ook achterin de Convertible is voldoende zitruimte. En met een beetje fantasie kun je zelfs met drie personen plaatsnemen. Wie met meer dan twee personen op pad gaat, dient het windscherm thuis te laten. Of in 371 liter metende bagageruimte.

Matige afwerking
Met het dak open en de vier zijruiten gesloten lijkt de wind nauwelijks indruk te kunnen maken op de bestuurder en diens medepassagier. Niets blijkt echter minder waar. Op de een of andere manier bereikt de wind wel de portiervakken. Dus zorg er maar voor dat je geen belangrijke papieren in deze opbergvakken hebt liggen. Wel zo prettig! Nu we het toch over de binnenruimte hebben. Tja, dat is van een andere orde dan we in Europa gewend zijn. De Amerikanen hebben het nog niet helemaal begrepen. Het overgrote deel is vervaardigd uit hard plastic, in ons geval ook nog in een lichtgrijze kleur uitgevoerd. Buitensporige nephouten strips op het dashboard en op de portierpanelen slaan al helemaal de plank mis. Het kan ons niet overtuigen. Daarbij zijn de naden tussen de verschillende panelen ook lang niet overal even breed. Het leer op het meubilair is eveneens grijs van snit. Er is echter wel aandacht besteed aan details, zoals het Chrysler-logo om de rugleuningen. Nemen we plaats op de bestuurdersstoel dan stellen we vast dat de klokkenwinkel overzichtelijk is opgebouwd. De tellers zijn in ieder geval goed afleesbaar. Leuk detail is de bekerhouder in de middenconsole, die de drankjes zowel kan koelen als verwarmen. Kijk, dat zijn leuke innovaties.

Zescilinder
Met een ouderwets ogende sleutel brengen we de 189 pk sterke 2.7 liter krachtbron tot leven. De typische zescilindersound klinkt ons als muziek in de oren. We zetten de zestrapsautomaat in Drive en voilà het slagschip begint te kruipen. Kind kan de was doen! Bij een koude start heeft de bak moeite met het wisselen van verzet. De olie is waarschijnlijk nog te stroperig. Dat veroorzaakt een lichte schok tijdens het overschakelen. Eenmaal op bedrijfstemperatuur ondervinden we geen hinder meer van de schakelacties en verloopt het geheel vlekkeloos. Door middel van een tik tegen de pook kun je naar wens ook handmatig schakelen. In de praktijk blijkt dit een nutteloze optie. Wil je echt het onderste uit de kan halen dan dien je figuurlijk gezien het gaspedaal door het schutbord heen te trappen. De Sebring versnelt pas serieus als de toerenteller minimaal 4.000 tpm aanwijst. Daaronder is het acceleratiegevoel veel minder hevig. Van nul naar honderd wordt in 10,3 seconden afgewerkt en de topsnelheid bedraagt 196 km/h. Eigenlijk is deze Amerikaan ook niet bedoeld voor stoplichtsprints. Nee, het is veel meer een boulevardcruiser. Daar is ie ook helemaal in zijn element: op lange asfaltlinten. De auto beschikt dan ook over een heerlijk comfortabel onderstel. Bega niet de fout om bochten als een uitdaging te zien. Je wordt van hot naar her geschud over het gladde meubilair. De koets rolt in dergelijke korte bochten immers behoorlijk over zijn lengteas. Sportiviteit is daarmee ver te zoeken.

Kapconstructie
Zoals gezegd beschikt ons testexemplaar over een stalen kapconstructie. Met een druk op de knop verdwijnt het dak in de bagageruimte. Aangezien het bovenste deel van de kap uit één geheel bestaat is het wel opletten geblazen. De constructie beweegt namelijk een fors eind de hoogte in en kan zomaar het dak van bijvoorbeeld de carport raken. Wees dus alert bij het openen en sluiten! Sta overigens ook niet vreemd te kijken als het dak niet geheel afsluit. Bij het dichtmaken van de kap zat meerdere malen de voering van de stof bij de C-stijl tussen de constructie. Met als gevolg dat het dak scheef trekt en allesbehalve goed afdicht. De kap opnieuw openen, de voering ertussenuit nemen en vervolgens weer sluiten luidt dan het devies. Jammer, want dat zijn nou net van die punten die in het ontwikkelingstraject geëlimineerd hadden kunnen worden. En dat is niet gebeurd.

Uitvoeringen en prijzen
De Chrysler Sebring Convertible is leverbaar in een Touring- en een Limited-uitvoering. Behalve de zescilinder kan de cabriolet ook voorzien worden van een dieselmotor in het vooronder. Het betreft de 2.0 CRD met 140 pk, standaard gekoppeld aan een handgeschakelde zesbak. Prijzen beginnen bij 39.580 euro voor de 2,0 liter diesel in Touring-trim. De 2.7 V6 Touring (met standaard automaat) is er vanaf 43.619 euro Let op: met softtop. De meerprijs voor een hardtop bedraagt in alle gevallen 3.200 euro. Dat betekent dat ons testexemplaar, een 2.7 V6 Limited met stalenkap mimimaal 50.257 euro moet opbrengen.